Een adequate beloning is een van de aspecten die moet bijdragen aan het oplossen van de grote personeelstekorten in de zorg. Uit recent onderzoek in opdracht van de Vereniging Brancheorganisaties Zorg (BoZ) blijkt dat de eerder al in 2021 gesignaleerde beloningsachterstand van de zorg nog steeds fors is ten opzichte van het gemiddelde van de marktsector in Nederland en het overgrote deel van de rest van de publieke sector. Voor de grootste groepen medewerkers, zoals verzorgenden, verpleegkundigen en begeleiders, bedraagt het verschil nog altijd 6% tot 7%.
De brancheorganisaties, tevens werkgeversorganisaties, roepen de politiek en het toekomstige kabinet op om concreet (vervolg)stappen te zetten in het helpen dichten van deze loonkloof door het beschikbaar stellen van extra geld voor de arbeidsvoorwaarden in de zorg.
In 2021 heeft de BoZ voor de eerste keer aan de Algemene Werkgeversvereniging Nederland (AWVN) opdracht gegeven voor het uitvoeren van een beloningsonderzoek. Hieruit kwam onder meer naar voren dat de salarisschalen waarin de meeste verzorgenden, verpleegkundigen en begeleiders gehonoreerd worden zichtbaar achterbleven bij het gemiddelde van de marktsector en ook bij veel andere cao’s in de publieke sector. Het beloningsverschil van deze medewerkers, de zogenoemde middengroepen, bedroeg ca. 6% – 9%. De Sociaal Economische Raad (SER) heeft in haar advies over de arbeidsmarkt in de zorg van mei 2021 het Kabinet geadviseerd “extra budget beschikbaar te stellen om te investeren in de beloningen in de zorg, in het bijzonder daar waar er sprake is van een achterstand ten opzichte van de markt zodat deze achterstand wordt ingelopen en een vergelijkbaar niveau met de marktsector kan worden gerealiseerd”.
In 2022 heeft het Kabinet onder druk van de Kamer éénmalig extra geld beschikbaar gesteld voor de loonontwikkeling in de zorg. Uit het geactualiseerde onderzoek van AWVN blijkt dat de (eind)salarissen voor de middengroepen in de zorg met het extra geld weliswaar verbeterd zijn, maar beperkt ten opzichte van de marktsector en de rest van de publieke sector. De mate van reparatie is voor een belangrijk deel afhankelijk van de omvang van de middengroep en dit varieert per zorgbranche. Dit jaar zijn als gevolg van de hoge inflatie en energiecrisis forse salarisverbeteringen in de markt en publieke sector afgesproken. Om de zorgmedewerkers tegemoet te komen en de beloningsachterstand niet te verder vergroten, zijn ook binnen de zorg stevige salarisafspraken gemaakt zonder dat daarvoor extra geld beschikbaar kwam. Dit zet de bedrijfsvoering van veel zorgorganisaties dan ook flink onder druk.
Lees hier het rapport van het AWVN-onderzoek.